Interview met Collectif Faire-part
uit het archief: Stijgende spanning rondom een lege sokkel
Filmmaker Anne Reijniers en ontspoord onderzoeker Rob Jacobs leerden elkaar in 2014 kennen in Het Bos. Vanaf dat moment zijn zij quasi constant samen aan het werk geweest in, rond en ver buiten Het Bos, all the way tot in Kinshasa, DRC. In 2016 kwam hun eerste film uit. In deze korte documentaire ‘Échangeur’, gerealiseerd in samenwerking met het Congolese performance festival Kinact, De Imagerie & Het Bos, verbeelden jonge Congolese performers hun eigen visies op het koloniale verleden.
Dit interview, afgenomen voorafgaand op het project, verscheen in onze brochure naar aanleiding van 5 JAAR HET BOS. De foto's zijn gemaakt door Han Soete in mei 2019.
Tijdens de opnames van ‘Échangeur’ ontmoetten Anne en Rob hun toekomstige filmcollega's Paul Shemisi en Nizar Saleh. Samen met Paul en Nizar werkten ze de afgelopen 2 jaar aan hun nieuwe film ‘Faire-part’. In deze documentaire à huit mains, werken twee Congolese en twee Belgische cineasten samen aan een film over Kinshasa en haar verzet tegen de erfenissen van het kolonialisme. Door het filmen van artistieke performances in openbare ruimtes, schetsen ze een provocatief beeld van Kinshasa en haar relaties met de rest van de wereld. De film gaat dus over Kinshasa's performance-scène, maar ook over hun eigen uitwisseling als makers die opgroeiden aan verschillende kanten van koloniale geschiedenis.
Vandaag werken Anne, Rob, Nizar en Paul verder als Belgo-Congolees film ensemble: ‘Collectif Faire-part’. Naast films, probeert het collectief ook via strips, foto’s en performance nieuwe narratieven uit. In Mei 2019 organiseert Collectif Faire-part met kunstenaar Laura Nsengiyumva 'Friction Building', een serie van dekoloniale acties. Samen bouwen ze een lege sokkel, een houten replica van de sokkel die op het Troonplein in Brussel een standbeeld van een koloniale koning draagt. In tegenstelling tot het originele bouwwerk steunt deze kopie geen trotse koloniale koning, maar vormt ze een dubieus decor voor hedendaagse kunstenaars die hun eigen visie op kolonialisme brengen.
Eén van de deelnemende kunstenaars is Yannos Majestikos. Yannos studeerde af als beeldend kunstenaar in 2008 en als interieurarchitectuur in 2013 aan Académie des Beaux-Arts de Kinshasa. In zijn thuisstad staat hij bekend als actieve performer in de publieke ruimte en oprichter van het kunstenaars collectief Sakana na Art. Sakana na Art, wat zich vertaald als “spelen in kunst”, zet zich in om Congolese artiesten te verenigen en jonge makers te introduceren tot performance als kunstvorm.
Een gesprek met Anne, Rob & Yannos:
Anne & Rob, al jullie werk is sterk gericht rond 1 thema waar veel rond wordt gedaan en gesproken. Kunnen jullie onder woorden brengen wat de kern van jullie werk is?
R: Wij proberen als groep van kunstenaars met verschillende achtergronden en horizonten samen werk te maken. Veel energie gaat naar balanceren: het zoeken naar een evenwichtige manier van werken tegen een achtergrond van erg onevenwichtige machtsrelaties.
A: In de micro-kosmos van de film, of het kunstproject, kan er een andere balans bestaan als daarbuiten: zowel in de beelden die je maakt als de manier waarop je die maakt.
R: Bewegen naar een artistiek en economisch evenwicht in de manier van werken is eigenlijk primair. De beelden waarin wij geïnteresseerd zijn kunnen ook eigenlijk alleen maar zo tot stand komen. Wanneer mensen met verschillende referentiekaders, verschillende voorbeelden, verschillende publieken in gedachten... samen aan de slag gaan, dan komen daar beelden uit die niemand had kunnen voorzien. Beelden die opgebouwd zijn uitgedeelde verlangens, uit spanningen tussen verschillende visies... beelden die niet helemaal passen in bestaande kaders, en daarmee iets nieuws kunnen vertellen.
Waar kwam de drang vandaan, of wat was de noodzaak, om het collectief Faire-part op te richten? Hoe ligt dat in het verlengde van jullie parcours?
A: Het oprichten van Collectif Faire-part is eigenlijk niet meer dan een verderzetting van een beweging die we in 2015 begonnen zijn. Wij willen niet van fascinatie naar fascinatie bewegen, maar met eenzelfde groep mensen werk blijven maken. Die groep kan groeien en de focus van het werk kan zich verleggen, maar het gesprek blijft gaande. Zo kan elk voorgaand project het volgende voeden. Het zijn de gesprekken die ons werk voortbrengt - zowel onderling als met een publiek - over wat mooi is, wat niet, over de problemen, over wat interessant is, over spanningen… die blinde vlekken aangeven, en waaruit het verlangen ontstaat om iets nieuws te doen.
R: Wat het betekent om een collectief te zijn zal met de tijd blijken. Voorlopig proberen we elkaar te helpen met productie, distributie, feedback, allround connecties leggen…maar daarnaast willen we ook samen films blijven maken. Zo is onze volgende film gebaseerd op een idee van Nizar, waar Anne en ik geld voor gevonden hebben bij de gemeente Elsene, en waar we samen aan gaan werken. Alles blijft verbonden.
A: Net nog hadden we een vertoning in Gent, waar onze Gents-Congolese vriend Deogracias Kihalu kwam performen. Toen Anne en ik voor het eerst in Kinshasa waren, sliepen we in het huis van Deo en zijn vrouw Eva. Deo heeft ons toen aan veel artiesten voorgesteld met wie we later samenwerkten. Nu was het aan ons om Deo voor te stellen aan de organisators van Vooruit. Het gesprek blijft gaande.
Tijdens 5 jaar Het Bos gaan jullie van alles doen met een lege sokkel, kunnen jullie wat meer vertellen over hoe dat project is ontstaan?
R: Die sokkel hebben we eigenlijk al staan. Geïnspireerd door lege sokkels in Kinshasa - en vele moedige activisten in België en DR Congo - bouwden we in 2016 een houten kopie van een pedestal die in Brussel een koloniale koning draagt. Samen met onze eerste film ‘Échangeur’ reisde de lege pedestal toen van Antwerpen naar Brussel en terug. Wij wilden de afwezigheid van koloniale standbeelden in Kinshasa’s publieke ruimte, één van de onderwerpen van de film, zo in verbinding stellen met het Belgische dekolonisatie-debat.
A: In 2016 stelde die sokkel open vragen: Wat te doen met koloniale monumenten vandaag? Tot welke groepen richt de publieke ruimte zich? Welke beelden passen bij de stad van morgen, en welke niet? Vandaag nemen we op een manier positie in: we hebben nood aan nieuwe beelden, nieuwe verbeelding.
R: De sokkel komt terug, maar deze keer blijft hij niet leeg. We nodigen artiesten uit om in te grijpen. Basically zeggen we hen: “Hier stond ooit een oude koning, maar die is nu weg. Er is plaats voor andere verhalen.” Wat die verhalen zijn is aan de deelnemende artiesten. Via een reeks van ingrepen in de stad, op/rond/in/naar/weg van de sokkel, wordt er gezamenlijk gebouwd aan een nieuw perspectief om naar kolonialisme te kijken en worden er beelden geschept van een andere toekomst.
Yannos, jij bent één van de deelnemende artiesten van Friction Building. Het is niet de eerste keer dat je samenwerkt met het collectif Faire-part. We zien je als performer aan het werk in de film ‘Faire-part’, en bij de avant-première in Brussel bracht je een performance die begon op het beursplein en eindigde in de cinemazaal. Wat betekent performance voor jou?
Y: Performance is iets dat je doet met je lichaam en je geest. Het gaat over de aandacht van het publiek vangen, en een boodschap meegeven. Ikzelf werk steeds rond onderwerpen die me nauw aan het hart liggen, zoals de sociale en politieke situatie in DR Congo. Ik probeer daarover te communiceren met het publiek door een spanning te creëren tussen mijn lichaam, de plek waar ik perform en het thema dat ik behandel.
En waarom ben je geïnteresseerd om in dit project mee te doen?
Y: Ik heb heel mijn leven in Kinshasa gewoond, en ben nog niet lang geleden voor het eerst naar Europa gereisd. Vandaag woon ik in Parijs, maar ik ben o.a. al een paar keer in Brussel geweest. Voor mij is het heel interessant om in Europa, en zeker in België, mijn werk te tonen. Ik wil op de grond van de kolonisator staan en mijn kritiek op wandaden van kolonialisme kenbaar maken. In de eerste plaats wil ik de jonge Belgen van de Congolese diaspora bereiken. Via mijn performances wil ik hun geesten wakker maken.
Welke performance ga je brengen?
Y: In mijn performance Tala Lelo, wat “kijk vandaag” betekent, wil ik het hebben over de leiders die DR Congo bestuurden doorheen de afgelopen eeuwen. Op mijn hoofd draag ik een televisiescherm waarop gezichten van Congolese presidenten en vrijheidsstrijders te zien zijn, maar ook Belgische koningen én traditionele maskers van prekoloniale leiders. Vele van die maskers werden gestolen en bevinden zich vandaag nog steeds niet in hun thuisland trouwens. Het tv-scherm verbeeldt diegene die het volk sturen, mijn lichaam vertegenwoordigt het Congolese volk.
Anne en Rob, om af te sluiten, wat kunnen we ons aan verwachten in de maand mei? (2019)
A: De lege houten sokkel reist in mei door Antwerpen. Waar hij tot stilstand komt, grijpen artiesten in. Het is een uiteenlopende groep van makers met verschillende expertises, interesses, achtergronden, artistieke talen… die actie onderneemt. De behandelde onderwerpen gaan dan ook verschillende richtingen uit, van Kwatta chocolade tot familievideo's, van adoptie protocols tot de terugvordering van gestolen land…
R: Wat de interventies gemeen hebben is dat ze - op een of andere manier - de complexe verderzetting van koloniale structuren vandaag aan de kaak stellen; en dat ze narratieven toevoegen die vandaag ontbreken in ons denken over (de)kolonisatie. Verwacht je aan kostuums, projecties, vormingen, bouwwerken, muziek… We hebben alles nodig.