interview met Rafael Valles Hilario

achtergrond: 5Y Belly Button Records 21 februari

Garagerock, garagepunk, garagepop en consorten, het is me wat de laatste jaren. Sinds de opkomst van internationale kleppers zoals Oh Sees, Ty Segall en King Gizzard & The Lizard Wizard beweegt er opnieuw van alles in de garagescene. Teruggrijpend naar een rauw rockgeluid uit de jaren stillekens, mag het al eens goed rammelen en piepen in menig repetitiekot. Iemand die er al van jonge leeftijd door is gefascineerd is Rafael Valles Hilario (Raf voor de vrienden). Hij maakt deel uit van bands zoals The Jagged Frequency, MOAR of Brorlab en richtte vijf jaar geleden het DIY garagelabel Belly Button Records op. Op vrijdag 21 februari vieren we dat met een groot verjaardagsfeest in Het Bos, samen met de lancering van zijn nieuw muzikaal garagepopkind: Tuff Guac! Ik spreek Raf in zijn gloednieuwe studio Tooth Mountain in Borgerhout, waar we knabbelend aan een DIY-geprepareerd smoske wat garagejargon op elkaar afvuren.

Hé Raf! Proficiat met het vijfjarig bestaan van je label. Je bent nog maar 23, hoe haalt een 18-jarige het in zijn hoofd om een eigen label op te starten? Hoe is het allemaal begonnen?

Ten tijde van mijn studies verveelde ik me op mijn Gentse kot en het leek me toen wel grappig om een label op te starten. Tegelijk wilde ik niet dat er bij een recensie van de eerste ep van The Jagged Frequency in pakweg de RifRaf ‘eigen beheer’ zou staan. Dat ziet er zo formeel uit, terwijl je eender wat uit je duim kan zuigen. Ik bekijk het hele gegeven nog steeds op die manier. Mijn label heeft een bandcamppagina waar je muziek op kan ontdekken die iets of wat dezelfde geur heeft.

Wat maakt garagemuziek van vandaag zo kenmerkend? Door de connectie met de DIY-attitude en het gemeenschapsgevoel lijkt het verschil met pakweg hardcore en punk moeilijker te maken, niet?

Geen idee. Voor mij is garagerock een soort van parodie of karikatuur van de rockgeschiedenis. Zo is het ook ontstaan; tieners die hun rocksterhelden thuis wilden naspelen. Dan krijg je doorgaans slordige en brute interpretaties van iets dat al dan niet lijkt op een rocknummer met heel veel haar op. In een doorsnee garagenummer zijn er vaak elementen of zelfs volledige delen van bestaande muziek te herkennen. Originaliteit wordt op een andere manier gewonnen dan in veel andere genres, lijkt me. Het is moeilijk uit te leggen maar je kan garagemuziek zien als een B-movie. Het is een soort rock-'n-roll voor amateurs met slechte oren en een lodderig oog voor detail. Het is ook maar een naam uiteindelijk. Hardcore, punk en garage lopen meer dan eens in elkaar over. Het is een fijne grijze zone. Niet te verwarren met de geriatrie, die overigens ook zeer fijn kan zijn.

Is er sprake van een Belgische garagescene? Hoe zie jij die groeien in vergelijking met bands in onze buurlanden?

Phoeh, dat lijkt een vraag uit 2016. Tussen 2014 en 2017 leek er eventjes sprake te zijn van een garagescene en was er een soort van hype op microschaal. Daardoor zijn er een hele hoop gelijkgestemde zielen op dezelfde plekken terechtgekomen en zijn er veel vriendjes gemaakt, wat wel tof is natuurlijk. Volgens mij ging het er in de buurlanden net zo aan toe. Ik hoorde wel dat bijvoorbeeld de garagescene in Frankrijk een hippe jangle rockscene geworden is. Het evolueert overal een beetje (gelukkig!) maar de smaak en het ongrijpbare DIY gevoel blijven. Het is wel vreemd dat garagemuziek wordt voorgesteld als de nieuwe rage van deze tijd. Deze zomer stond er nog zo’n artikel over garage in de Humo. Dat vind ik echt totaal overbodig. Het is goed dat garagemuziek media-aandacht krijgt, maar Humo schreef erover alsof het nog maar net bestaat. Het was een beetje alsof er een review geschreven werd over de opening van een café dat al jaren bestaat.

Je bent zelf ook een fervent tekenaar. Hoe past deze passie binnen jouw voorkeur voor garagemuziek?

Ik begon te tekenen voor ik muziek speelde en ik denk heel anders over beiden dus ze zijn niet altijd eenvoudig te combineren. Mijn tekenstijl is wel redelijk hard in de richting van de klassieke underground comics en die stijl wordt heel vaak gebruikt voor allerhande garage/rock-'n -roll/psychobilly artwork. Op die manier zou er eventueel wel een link kunnen zijn tussen beiden, maar ik probeer daar niet te hard over na te denken.

file

Vertel eens wat meer over je nieuwe project Tuff Guac. Welke creatieve uitingen kan je hier kwijt die je niet kwijt kan in je andere bands?

Tuff Guac is volledig mijn eigen project. Ik wilde al lang een plaat maken waarin ik zelf alles inspeel en beslis, een beetje zoals een eigen tekening maken. Tuff Guac is volgens mij de meest spontane muziek die ik ooit gemaakt heb. Ik laat pas iets horen aan iemand wanneer het helemaal af is, zodat het niet beïnvloed kan worden door kritiek of andere factoren. Het voelt echt als een eigen wereldje. De nummers worden ook opnemend in elkaar gestoken. Soms maak ik een demo en werk ik die later uit. Soms is de demo goed en gebruik ik die. Ik ben ondertussen al aan de volgende platen van Tuff Guac bezig, dus eigenlijk is de plaat die nu uitkomt een blik in mijn hoofd van een jaar geleden. MOAR is ook op die manier begonnen, maar omdat die band voor mij volledig om energie draait, is het leuker om live met band op te nemen en soms samen aan nummers te werken.

Je nodigde Frankie Traandruppel, Vision 3D en Deathstar MacGyver uit op je feest in Het Bos. Waarom hen?

Ik wilde deze keer een Belly Button Night organiseren met de 'cleanere' bands op het label. De drie groepen zijn minder fuzz en meer klingel klangel. Zeker uitchecken!

Noem eens wat bands die iedereen zo snel mogelijk moet uitchecken.

Alles op Belly Button Records uiteraard!

Wat zijn de toekomstplannen met je label?

Ik blijf plaatjes uitgeven zolang ik daar zin in heb. En ik hoop op wat meer verspreiding via buitenlandse distributeurs.

Hoe zou het ideale garage optreden in Het Bos eruitzien?

Zo:

file